Lotte loopt: Breitachklamm

De wonderen van Moeder Natuur vind je niet alleen Azië en Afrika. Je kunt ze ook veel dichter bij huis vinden, zoals ik eerder al schreef in mijn artikel over Egmond-Binnen. Een gulden middenweg tussen tienduizenden kilometers met het vliegtuig en tien minuten rijden met de auto vind je, als het aan mij ligt, in de Alpen. Daarbij hoef je echter niet alleen te denken aan groene weiden en spitse bergtoppen. Ook Klammen zie je veel in Oostenrijk, (Zuid-)Duitsland en Zwitserland.


Maar wat ís een Klamm eigenlijk? Een synoniem voor dit bayerische woord is Schlucht, maar een letterlijke Nederlandse vertaling is lastig te vinden. Daarom zal ik proberen om een zo goed mogelijke omschrijving te geven. Bij een Klamm moet je je een lange kloof in de bergen voorstellen. Reusachtige rotspartijen hangen over het looppad heen, het water raast beneden je en de zon laat zich slechts af en toe zien. Het geheel is nogal mysterieus en overweldigend, vooral wanneer je je bedenkt dat hier geen mensenhand aan te pas is gekomen.

Afgelopen zomer was ik met studievriendin Eva in Füssen en tijdens die vakantie zijn we ook naar de Breitachklamm in Oberstdorf geweest. De Klamm ligt op de grens met Oostenrijk en is voor mij een bekende plek: Wij hebben veel geskied in het Oostenrijkse Kleinwalsertal, dat op nog geen 20 minuten rijden van de Klamm ligt. Daarom was de Breitachklamm altijd een leuke bestemming voor een rustdag. 's Winters was de rivier bijna altijd bevroren, de looppaden spekglad en de ijspegels aan de rotsen gigantisch - voor mij als acht- à tienjarige voelde het altijd als een enorm ijspaleis. Nu, tien jaar later, was ik vooral heel benieuwd naar de Breitachklamm in de zomer: Hoe zou ze eruitzien zonder ijs, maar met veel groen? Binnen 1,5 uur reden we van Füssen naar Oberstdorf om het zomerse natuurgeweld van de Breitachklamm te ervaren.


Stipt op 9 uur, toen de Breitachklamm openging, stonden we klaar om naar binnen te gaan. In de eerste instantie waren we vroeg omdat we een volle dag in Kleinwalsertal & omgeving wilden besteden, maar later bleek dit ook slim om een andere reden: Het werd zó ongelofelijk druk! Wij hebben er werkelijk niets van gemerkt, maar toen we via een rondwandeling weer terugkwamen op de parkeerplaats, stond er - ik overdrijf niet - een gigantische rij bezoekers en file op de toegangsweg. Blijkbaar is de Klamm in die paar jaren een enorme toeristische attractie geworden, wat ik zeker niet had verwacht. Kleinwalsertal is namelijk alleen toegankelijk via Duitsland: Het gebied is omgeven door bergen en kan dus niet vanuit andere delen van Oostenrijk bereikt worden. Dat maakt dat de Klamm nog relatief onbekend was toen wij er  in de buurt op wintersport gingen, maar nu hebben kennelijk veel meer mensen deze parel ontdekt. Op zich geen probleem, helemaal niet als je vroeg komt: wij hadden de Klamm bijna helemaal voor onszelf.

De wandeling van 4 kilometer die wij gelopen hebben, begon relatief rustig. Het water stroomde weliswaar, maar van grillige rotsen was nog geen sprake (zie foto hierboven). Het pad werd wel gelijk van de Klamm gescheiden door groene hekjes, maar pas later werd de noodzaak hiervan écht duidelijk.

Langzaamaan kwamen de immense rotsen wél in beeld en moest je af en toe ook goed uitkijken om je hoofd er niet tegenaan te stoten. 

Op de bovenstaande foto zie je goed ruw en onregelmatig het steenoppervlak is. Het water heeft het steen weggesleten en verpulverd, wat een eeuwenlang proces is geweest. Ongeveer 10000 jaar geleden begon de Breitachgletsjer namelijk te smelten en tastte hierbij de berg Engenkopf aan. Zo is de Breitachklamm ontstaan. In 1905 werd de Klamm op aanraden van een priester opengesteld voor publiek. Deze man, Johannes Schiebel, was heel erg onder de indruk van de Klamm noemde haar onder andere eine Meisterleistung göttlicher Schaffenskraft" en „ein Naturdenkmal von wilder Schönheit"maar het was hem niet alleen om de prachtige natuur te doen. Met zijn project creëerde hij werk voor de arme bevolking uit de omgeving. Uiteindelijk werd de Breitachklamm binnen een recordtijd van nog géén jaar toegankelijk voor publiek.

Terug naar onze wandeling: Het water begon ondertussen nog harder te razen, de paadjes werden smaller en voor houvast (het pad werd namelijk steeds gladder doordat het nat werd) waren touwen gespannen langs de 'wanden' van de Klamm. Nu kwamen de groene hekjes ook goed van pas! We daalden steeds dieper af, waardoor de rotsen steeds verder boven onze hoofden uittorenden.

Zoals je ziet, hadden Eva en ik de Klamm nog steeds voor onszelf. Zonlicht kwam af en toe door een spleet in de rotsen, maar het was vooral erg koud en nat. Bovendien voelde ik me ik heel nietig, omgeven door deze gigantische rotspartijen. 

Als je goed kijkt, zie je op de bovenstaande foto hoe het water van de rotsen naar beneden stroomde. Af en toe kreeg je dus opeens een regendouche :-)

Ondertussen liepen we al een tijdje behoorlijk laag, en op een gegeven moment begon het pad toch weer omhoog te gaan. Dit dalen in het begin en stijgen op het einde was niet per se lichamelijk vermoeiend, maar geestelijk wel. Je moest namelijk continu goed kijken waar je je voet neer zou zetten en wat je volgende houvast zou worden - anders was de kans op uitglijden heel groot. Het pad bestond uit losse kiezelsteentjes, dus je had geen optimale grip. Maar we kwamen uiteindelijk steeds hoger, zagen de zon en blauwe lucht weer en lieten het water onder ons. 


Als je eenmaal bij de Bergkasse aangekomen bent, kun je ervoor kiezen om dezelfde route terug te lopen naar de Talkasse, maar Eva en ik wilden graag de langere wandeling doen. We verlieten de Breitachklamm en kwamen op beter begaanbaar terrein terecht. De weg voerde ons nog een tijdje omhoog door een bos, maar uiteindelijk kwamen we weer echt in de open lucht terecht. De truien konden uit en we liepen nog zo'n 2 kilometer in de stralende zon naar beneden tot de parkeerplaats. Onderweg kwamen we langs verschillende boerderijen en hoorden de koebellen rinkelen. Hoe idyllisch :-) Verder was het nog steeds opvallend rustig, we kwamen bijna niemand tegen. Dat bevestigde natuurlijk alleen maar mijn idee dat dit gebied niet zo populair was... Totdat we de parkeerplaats weer in zicht kregen. De rijen voor het bezoekerscentrum waren ellenlang, net zoals de file voor één parkeerplekje. We zijn er daarom maar snel vandoor gegaan, nog even door naar Riezlern in Kleinwalsertal.


Uiteindelijk hebben we genoten van een typisch Zuidduitse/Oostenrijkse lunch in Riezlern (Käsespätzle en Kaiserschmarrn), met uitzicht op de Kanzelwand. Op bovenstaande foto vind je linksachter de Kanzelwand en bovendien zie je de bolling van het landschap heel goed. Mooi, toch? Al met al vond ik het heel leuk om de Breitachklamm en Kleinwalsertal een keer in haar zomerse glorie te zien! Mocht je de Breitachklamm ook eens een keer willen bezoeken, dan heb ik hier nog wat tips: 

1. De Breitachklamm is door de jaren heen uitgegroeid tot een toeristische attractie. Om optimaal van de omgeving te kunnen genieten, raad ik het je sterk aan om vroeg te gaan (vlak na openingstijd). Dan heb je de meeste kans om vrijwel alleen rond te lopen. In de winter heb je waarschijnlijk sowieso minder last van de drukte. 
2. Zorg voor genoeg warme kleren, het kan erg nat en koud in de Klamm zijn! 
3. Let goed op waar je je voeten neerzet, maar vergeet ook niet om je heen te kijken ;-)
4. Om het stromende water in de Klamm goed vast te leggen, zijn er 2 manieren: Als je het water echt als druppels wilt fotograferen, moet je een korte sluitertijd gebruiken. Voor een meer vloeiende foto van het water gebruik je een langere sluitertijd. 
5. Na het bezoek aan de Breitachklamm is het zeker leuk om de grens nog even over te gaan en Kleinwalsertal te bezoeken. Dit is een verzameling van kleine, typisch Oostenrijkse dorpjes (Riezlern, Hirschegg en Mittelberg). Ook voor de wintersportvakantie kan ik je Kleinwalsertal heel erg aanraden! Het is kleinschalig, geschikt voor beginners en de meer beoefende skiërs, en niet heel druk. Ik geniet er altijd erg! 


We hebben uiteindelijk nog even in Kleinwalsertal vertoefd en zijn toen weer terug naar Füssen gereden. In de auto maakte ik nog snel bovenstaande foto. De berg links op de foto is dé berg van het Kleinwalsertal: de Hoher Ifen. Door zijn kenmerkende, rechthoekige vorm is deze berg al van veraf te herkennen. Ik hoop hier in de winter snel weer een keer terug te komen! Ons bezoek afgelopen zomer was kort maar krachtig; gelukkig hebben we de foto's nog :-) 

Tschüß! 

Lotte













0 reacties:

Een reactie posten

 

Contact

Heb je vragen, suggesties, opmerkingen of wil je om een andere reden contact met mij opnemen? Je kunt mij bereiken via:

lottebrandjes@hotmail.com o.v.v. Boeken en Bergen

Óf laat een reactie achter onder een van mijn posts. Ik zou het erg leuk vinden om een berichtje te ontvangen!

Tschüß!

Lotte

Over mij

Over mij
Hoi! Ik ben Lotte, 19 jaar oud en studente Duitse Taal en Cultuur. Zoals je misschien al uit de titel van mijn blog hebt kunnen afleiden, ben ik gek op lezen en wandelen - Boeken en Bergen, dus :-) Verder houd ik van mooie muziek, goede films, de winter, foto's maken én München, de stad waar ik op dit moment op uitwisseling ben en tot augustus woon en studeer. Op mijn blog wil ik een beetje van die liefdes graag met jullie delen. Tschüß!